(On)zichtbaar
Stel je voor, je doet samen de afwas. De anders wast, jij droogt. Met de stof van de theedoek als tussenlaag, gaan er allerlei objecten door je handen. Het metalen bestek, dunne glazen, houten spatels en zware keramieken borden. Elk met een ander karakter.
Je ziet en voelt van deze objecten alleen de schil, de buitenkant. Pas als je per ongeluk een bord door je handen laat glippen en voorzichtig de scherven opveegt, zie je de lagen waaruit het is opgebouwd. Eerst het glimmende glazuur, dan een flinterdun laagje kleur gevolgd door het poederige keramiek.
Tegen het licht
Luth Lea probeert wat verborgen is, zichtbaar te maken. Ze is gefascineerd door de lagen in alledaagse dingen. In dit kunstwerk zijn dat theedoeken gevonden in een Brusselse tweehandswinkel. Ze zweven opeens door de ruimte, van binnenuit oplichtend. Als een abstracte lichtreclame.
Mag ik even de aandacht?!
Reclamemakers zijn meester in iets onder de aandacht brengen. Soms gebruiken ze, net als in dit kunstwerk, licht om iets extra op te laten vallen. Hoe donkerder de omgeving, hoe beter. Los van licht, zijn er talloze andere trucs om jouw manier van kijken en beleven te beïnvloeden. Heb je bijvoorbeeld wel eens gelet op de geur in een winkel, en krijg je dat ene catchy liedje uit de grappige reclame nog uit je hoofd?
Alledaagse magie
Vaak is magie dichterbij dan je denkt. Je struikelt erover terwijl je druk in leven bent. Want zeg nou zelf, heb je ooit zó goed gekeken naar de patronen, kleuren en structuren in een stapel theedoeken?
Met je eigen kijkkracht, verandert je huis in mum van tijd in een magische wereld.
Wat je kijkt, ben je zelf
Door zelf in beweging te komen verandert het kunstwerk. Vanuit elke hoek zie je een nieuw patroon en veranderen de kleuren. Jij bent altijd een onderdeel van het kunstwerk. Zonder jouw beweging, mening, herinnering of associaties is het niet compleet.
Uit de doeken doen
Waarom heet een theedoek eigenlijk een theedoek? In de 18e en 19e eeuw dronken deftige dames dagelijks thee uit fraaie porseleinen kopjes. Ze wasten de kopjes zelf af omdat ze de handen van de dienstmeiden daar te grof voor vonden. En ook de ruwe afdroogdoeken vonden ze niet geschikt.
Dat afwassen deden de dames in een bakje warm water in het theebuffet. Het afdrogen gebeurde met speciale fijngeweven doek. De doek werd alleen voor de theekopjes gebruikt, vandaar de naam theedoek.
Kijk 10 tellen naar een kunstwerk. Doe je ogen dicht. Wat heb je allemaal gezien?