Onze lieve Vrouwe van de Voeding

Met Onze-Lieve-Vrouw wordt Maria bedoeld, de moeder van Jezus. Voor katholieken is Maria de belangrijkste heilige. In godgeleerdheid bestaat er zelfs een speciale tak van wetenschap die mariologie heet. Deze discipline richt zich speciaal op Maria. Verschillende hoogfeesten worden ter ere van haar gevierd. Dat zijn de belangrijkste dagen in de Katholieke Kerk. Onbevlekte Ontvangenis op 8 december is zo’n hoogfeest, net als de Maria-
Tenhemelopneming op 15 augustus. In België zijn er verschillende dorpen die Onze-Lieve-Vrouw in hun naam hebben.

De ovaalvormige krans die een heilige omgeeft wordt mandorla genoemd. Ongeveer zoals je bij dit kunstwerk ziet. Mandorla is het Italiaanse woord voor amandel. De mandorla is ontstaan door twee cirkeldelen die een amandelvormige figuur vormen. Het verbeeldt het samenkomen van twee werelden. In de vroegchristelijke kunst toonde de mandorla het samenkomen van hemel en aarde. Als Christus of Maria wordt afgebeeld, zie je de mandorla verticaal.
Mariabeelden heten Marianums. Ze zijn meestal vanaf het gewelf van een kerk afhangend, staand op wolken of een maansikkel en worden omgeven door stralen.

...messing. Dat is een metaalmenging van koper en zink. Messing wordt ook wel geelkoper genoemd.

Kunstenaars houden er al eeuwen van om mensen naakt af te beelden. Er komen ook heel wat blote billen voor in de kunst. In prehistorische beeldjes zijn vormen uitvergroot. De Grieken en Romeinen hielden ook erg van achterwerken. Zowel van vrouwenbillen als mannenbillen. Hoewel de Grieken uiteindelijk meer van de naakte man hielden omdat ze vonden dat vrouwen niet perfect waren.
Ook bij Nederlandse kunstenaars was wel eens en kont te zien. Bij het schilderij Winterlandschap met ijsvermaak van Hendrik Avercamp zie je de billen van een vrouw die op het ijs valt. Dit waren ondeugende geintjes.

Soms wordt scheikunde chemie genoemd. Bij deze wetenschap wordt er onderzoek gedaan naar de samenstelling van stoffen. Een chemicus kijkt naar de veranderingen die stoffen ondergaan. Hij of zij onderzoekt hoe stoffen op elkaar reageren, vandaar de naam reageerbuisjes. Vaak gebeuren onderzoeken in een laboratorium.
Koken is eigenlijk een soort scheikunde. Je keuken is daardoor een laboratorium. Het voedsel dat je kookt bestaat uit allerlei bestanddelen. Je keukenspullen zijn net zoals de instrumenten van een scheikundige: ze helpen je bij het onderzoek.
Koken, bakken, frituren, allemaal chemische processen. Een nieuw recept maken kan opwindend zijn. Je weet nog niet of het gaat lukken en of het lekker smaakt.

George heeft gepleit voor handvaardigheid op school. Hij vond het heel jammer dat het vak steeds meer naar de achtergrond verdween, soms zelfs werd afgeschaft. Terwijl de computer en het virtuele steeds meer in het middelpunt zijn komen te staan. George was bang dat kinderen het verleerden om hun handen te gebruiken. Om letterlijk handig te zijn.

George heeft les gegeven op de Willem de Kooning Academie in Rotterdam. Zijn lessen begonnen over tastzin, het vermogen om aanraking waar te nemen. George heeft aan allerlei studenten les gegeven. Een daarvan is Joep van Lieshout, waarvan het LAM een groot beeld in de tuin heeft staan: Cow. Docent en student zijn samen opgenomen in een collectie.

George heeft allerlei keukengerei omgetoverd tot lichamelijke wezens. Voorzien van menselijke vormen, zoals borsten, buiken, billen, geslachtsdelen.

Een tijd werd er gekookt met pannen van aluminium. Op een gegeven moment geloofden mensen dat aluminium dementie veroorzaakte. Er is onderzoek gedaan of er een verband bestaat tussen aluminium en de ziekte van Alzheimer. Dat blijkt niet zo te zijn. Er zijn heel wat pannen weggedaan die net zo goed gebruikt hadden kunnen worden!

Aluminium heeft geen speciale betekenis voor George. Voordat hij ermee aan de slag ging wilde hij het materiaal leren kennen. En beheersen, zodat hij wist hoe hij ermee om moest gaan. George maakte vleugelachtige vormen waarin vruchtbaarheidsvormen terugkwamen. Aluminium bleek een heel arbeidsintensief materiaal te zijn. Geen stof waar je even snel iets moois van kunt maken.

Het is voor een kunstenaar belangrijk dat hij weet wat hij doet. Elke verfstreek die een schilder zet, kan het schilderij verpesten. Ook beeldhouwers moeten uitkijken. George heeft goed moeten weten hoe hij de billen zo kon krijgen als ze nu zijn. Als hij te ver was gegaan, was het mislukt. Dan had hij helemaal opnieuw moeten beginnen. Eigenlijk kun je zeggen dat elke daad die een kunstenaar verricht op het randje van falen en lukken balanceert. Zoals een koorddanser.

Bedenk eens of je graag uit deze pan zou eten, of hem zou willen gebruiken om eten in te koken. Of je de smaak anders ervaart doordat het zo’n menselijke pan is.